Een 53-jarige man, penningmeester van een uitvaartvereniging in het Friese Boornbergum, is door de rechtbank in Noord-Nederland veroordeeld tot een werkstraf van 240 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden. Hij heeft in vijf jaar tijd ongemerkt ruim 176.000 euro verduisterd. Hij maakte bedragen van de bankrekening van de vereniging over naar zijn eigen rekening en is betrapt op het vervalsen van een bankafschrift. Ook kocht hij goederen met de bankpas van de vereniging, die hij vanwege zijn functie als penningmeester onder zich had. Het door verdachte verduisterde bedrag moet door hem worden terugbetaald aan de vereniging.
Afspraken maken en vastleggen over financiën binnen een vereniging of stichting is geen motie van wantrouwen tegen de penningsmeester. Het is een wettelijke verplichting. Maar het geeft ook het hele bestuur de geruststelling dat zaken goed zijn geregeld. Denk niet ‘dat gebeurt ons niet’.
Voorbeelden als deze – ze komen helaas vaker voor dan je denkt – kennen alleen maar verliezers: de uitvaartvereniging, het bestuur en betrokkene zelf.
Zorg ervoor dat het niet kan gebeuren. Ben je penningmeester van de vereniging? Neem dan zelf het initiatief. Dat maakt het voor andere bestuursleden gemakkelijker. Leg vast dat belangrijke overschrijvingen alleen door twee bestuursleden gezamenlijk kunnen worden gedaan en zorg dat een ander bestuurslid inzicht heeft in de lopende rekening. Daarmee minimaliseer je ook de kans dat je aansprakelijk wordt gesteld mocht er onverhoopt toch wat mis gaan. Financiële zaken zijn een verantwoordelijkheid van het hele bestuur, niet alleen van de penningmeester.
