Het WBTR-stappenplan is een goed hulpmiddel bij de overdracht van taken en bevoegdheden aan nieuwe bestuursleden. Dat concludeert Jan Vrins, secretaris van de Delftse Sport Vereniging Full Speed. ‘Ze kunnen precies zien hoe het er bij de vereniging aan toe gaat en dat we voldoen aan de nieuwe wet.’
Secretaris Jan Vrins van de Delftse Sport Vereniging Full Speed reageert uitgesproken en spontaan op de vraag naar zijn ervaringen met het stappenplan. Hij vindt het idee en het instrument ‘fantastisch’. Hij zag al in 2020 dat hij te maken kreeg met de nieuwe wet en was er vroeg bij om te bekijken wat dat voor DSV Full Speed zou betekenen.
Enthousiasme
Hij legt uit waar zijn enthousiasme vandaan komt. ‘Wij hebben een vereniging met 700 leden en drie sporten: voetbal, tennis en sinds enige tijd ook beachvoetbal. Onze club telt veel jonge leden. We zijn actief en hebben een goede relatie met de gemeente. Het loopt goed, maar het bestuur zal op enig moment de taken moeten overdragen op de volgende generatie. Daarbij mag de samenstelling van het bestuur wel wat meer diversiteit laten zien. Bij het werven van nieuwe bestuursleden helpt het als je kunt aantonen alles goed en volgens de nieuwe wet te hebben geregeld.’
Goed op orde
Vrins is eerst zelf door het stappenplan gegaan om te kijken wat er zou moeten veranderen. De statuten waren al weer lang geleden opgesteld. ‘Het bleek dat wij de zaken op zich goed op orde hebben. Veel was al goed. Ik heb samen met de penningmeester vooral gekeken naar gewenste aanpassingen op basis van de nieuwe wet.’ De bevindingen en voorstellen zijn vervolgens binnen het bestuur besproken. ‘Per bestuursvergadering twee of drie stappen. We leggen onze conclusies dan vast. Soms kunnen we bestaande teksten zo houden, soms moeten we die aanpassen.’
Transparantie is voor Vrins heel belangrijk. Leden moeten kunnen inzien hoe zaken zijn geregeld. Het stappenplan biedt goed handvatten om afspraken te borgen. Als alles straks is afgerond, zullen statuten worden aangepast. De ledenvergadering van DSV heeft daar in het najaar het laatste woord over.